Dank Rob en Garry voor jullie input!
Ik had de vogel gedetermineerd als eerste winter, en dat was eigenlijk puur op basis van de staartpennen. Deze lieten een duidelijk hapje uit de top zien, wat te boek staat als een kenmerk voor eerste winter. Op basis van mijn foto dacht ik dus dat het kat in het bakkie zou zijn.
Echter werd ik in het veld ook al gewezen op de tekening van de vleugeldekveren. Met de Reeber (2015) erbij (dank Hugo Wieleman) lees ik bij eerste winter man "From afar, the best feature is often the lesser and median coverts being still juvenile, appearing all dark (at most with faint pale speckling), contrasting strongly with the pale grey scapulars". Ik denk dat de afstand hier een grote rol speelt, aangezien elk veertje individueel te beoordelen is. Op deze foto is de vleugel goed te zien, en dan vind ik het contrast tussen de scapulars en vleugeldekveren aanzienlijk (zou dit 'from afar' ook niet helemaal donker lijken?). Ik vind dit dus een lastig te interpreteren kenmerk, zeker omdat de variatie in de hoeveelheid tekening op de vleugeldekveren bij eerste winter en bij adulte vogels niet echt duidelijk beschreven is.
Ten slotte nog iets over de iriskleur. Deze is wat dof en de pupil is vrij groot door de vage begrenzing. Zeker als je het vergelijkt met bijvoorbeeld de iriskleur van een adulte kuifeend. Dit lijkt ook wel overeen te komen met wat Reeber (2015) schrijft over de iriskleur van eerste winter vogels: "The iris is yellow from the first winter, but usually not bright yellow until spring".
Ik ben erg benieuwd hoe jullie die staart interpreteren.