Dutch Patchwork Challenge 2024

Op 1 januari 2024 is de Dutch Patchwork Challenge (kortweg: DPWC) van start gegaan; een landelijke ‘competitie’ om het vogelen dicht bij huis te stimuleren en enthousiaste verhalen over ontdekkingen op je eigen ‘local patch’ met elkaar te delen. De DPWC daagt je uit om alles uit de kast te halen om op jouw local patch van maximaal 3 km2 in 2024 zoveel mogelijk vogelsoorten te zien en bijzondere ontdekkingen te doen.

Niet elk gebiedje heeft dezelfde potentie, maar ook het vinden van een lokaal goede soort, zoals een algemene zeevogel in het diepe binnenland, wordt beloond met bonuspunten. Aan het eind van het jaar zijn prijzen te winnen voor onder andere de beste ontdekking, de langste lijst, en het mooiste #patchgold.

Download dit bestand om het hele jaar je soorten en punten bij te houden.

Houd in dit gedeelde document je aantal soorten en score bij en deel je hoogtepunten en dien je aanvraag voor meer punten in bij CoA (Court of Appeal)

Via deze link kom je op de FAQ in onze vorige blogpost met het stappenplan en meer recente info en tips.

Blog April 2024

17 mei 2024  ·  Vincent Stork, Hein Prinsen, Vincent Hart, Martijn Renders, Maurice van Veen, Rob van Bemmelen & Ben Gaxiola  ·  2435 × bekeken

Blog April 2024

Het voorjaar is losgebarsten, en hoe! Op moment van schrijven lukt het de schrijvers van dit blog maar nauwelijks om iets op papier te krijgen. Alle verloren kwartiertjes werden de afgelopen weken buiten doorgebracht, speurend naar overtrekkende rovers als wouwen en Steppekiekendieven, Hoppen, Reuzensterns, Witwangsterns, Koereigers, een Zwarte Ibis, Zwarte Ooievaars, Kleine Burgemeesters, Duinpiepers en een keur aan welkome voorjaarsgasten. Zie voor alle hoogtepunten het gedeelde scoreformulier. En wat te denken van de eerste Kleine Topper voor de provincie Utrecht (zie hieronder bij gemiste kansen)?

DPWC Big Day (weekend) 2024

De oproep in het vorige blog om mee te doen aan een heuse Patch Big Day leverde een aardige respons op. Enkele tientallen patchers gingen het weekend van 27-28 april los op hun patch om binnen een etmaal zoveel mogelijk soorten waar te nemen, met vaak leuke jaarsoorten als bijvangst. Op Texel en andere noordelijke patches bleek de zondag slecht gekozen met zelfs een weeralarm in de middag. Andere patches profiteerden van goede (trek)omstandigheden. De hoogste score werd behaald door Ezra Mandemaker in de Noordduinen bij Noordwijk. Hij scoorde 115 soorten met hoogtepunten als Steppekiekendief, Smelleken, Beflijster, Fluiter en Krombekstrandloper. Hij schreef er het volgende verslag over. Willem Bosma kwam bij Beetsterzwaag tot 111 soorten met hoogtepunten als Smelleken, Toendrarietgans, Kolgans, Zeearend, Roerdomp en Middelste Bonte Specht. Gerjon Gelling kwam in zijn geliefde Westduinpark op 105 soorten uit, met enige teleurstelling over het weer en zonder echte hoogtepunten. Ook Klaas Douwe Dijkstra kwam nog boven de “magische” grens van 100 soorten, namelijk 102 met een fraaie zomerkleed Roodhalsfuut als topsoort. De 102 soorten werden ook gehaald door Thomas Los in de Crezéepolder met vooral fraaie steltlopertrek waaronder Kanoet.

Hoewel andere patchers het met iets minder soorten moesten doen waren de hoogtepunten er niet minder om. Soorten als Draaihals, Visarend, Paapje, Velduil en voor Martijn Renders zelfs een Steppekiekendief in polder Hardenhoek in de Biesbosch. Deze twee mooie dagen bleken een opmaak naar een periode van geweldige trek begin mei, maar daarover later meer.

Beste ontdekking van de maand april: Kwade Hoek double-act!

In deze rubriek zetten we graag het licht op de ontdekker(s) van landelijke knallers die zij hebben ontdekt op hun local patch. Ken Kraaijeveld sloeg op 27 april genadeloos toe op de Kwade Hoek. Simultaan met de welbekende George Tanis vond hij eerst een tweede kalenderjaar Ross’ Meeuw om er vervolgens ook nog een Amerikaanse Smient uit te peuteren (ongetwijfeld geïnspireerd door het gemak waarmee Diederik Kok dat afgelopen maanden deed) en het dessert werd opgediend in de vorm van een fraaie Reuzenstern. Wat een knallers!

Hectiek op de Kwade Hoek (Ken Kraaijeveld)

Na weken noordenwind en hagelbuien draait op 27 april eindelijk de wind naar oost. Esther en ik hadden ’s ochtends al een rondje op de local patch gedaan. Het hoogtepunt waren groepen van 45 en 30 Dwergmeeuwen die overvlogen richting noord. Na de lunch doen we wat klusjes rond het huis, steeds met een oog op de lucht gericht. Ergens op de Kwade Hoek wordt een Draaihals gemeld. In Zeeuws-Vlaanderen vliegt de ene na de andere Hop langs. De lucht is zwanger van mogelijkheden. Nog maar een rondje dan. We besluiten het pad over de hoge zanddijk achter ons huis af te lopen. Daar aangekomen leert een snelle blik naar rechts dat het hoog water is. Het uitkijkpunt dat uitkijkt over de slikplaat van de Kwade Hoek heeft dus niet veel zin. Dat was voorbarig, want later zou blijken dat George Tanis daar op dat moment naar een langsvliegende Ross’ Meeuw stond te kijken. Wij lopen naar links, richting de Punt van Poot. Vanuit de observatiehut vindt Esther een Blauwborst die steeds even kort te zien is in het riet. Het lukt mij niet de vogel in beeld te krijgen en ik verleg mijn aandacht naar een groepje steltlopers (voornamelijk Groenpootruiters) die op het laatste randje slik hun buik droog proberen te houden. Terwijl ik daarnaar sta te kijken landt er een klein meeuwtje achter de groep. Precies achter een pol biezen, dus ik zie er verder niks aan. Als hij daar even later achter vandaan komt, slaat de verbazing toe. Het lijkt helemaal niet op de tweede kj Dwergmeeuw die ik verwachte in beeld te krijgen. Het beestje heeft een witte, bolle kop, met een donker oog en een klein oorvlekje. Geen spoor van zwart op de kruin. Hij oogt langgerekt. Niet als een rond bolletje zoals een Dwergmeeuw. Dit lijkt wel een Ross’ Meeuw! Met stijgende emotie wijs ik Esther op de vogel. Die vliegt gelijk weer op en vliegt voor een duinenrij langs naar rechts. Een duidelijk W-patroon op de bovenvleugel als bij een Drieteenmeeuw, een roze zweem op de onderdelen en een lange staart met een zwarte punt. De vogel maakt een zwenking en tegen de achtergrond van helmgras is de staart duidelijk wigvormig. Nu heb ik wel ervaring met ruiende Dwergmeeuwen die ook een puntige staart leken te hebben. Maar ik heb de afgelopen dagen genoeg Dwergmeeuwen staan bekijken om te zien dat deze staart echt te lang is. Dit is een Ross’ Meeuw! Ik heb het niet meer. Mijn taalgebruik zullen we hier maar met de mantel der enthousiasme bedekken... Samen volgen we de vogel terwijl deze achter de duinenrij langsvliegt, daar naar beneden gaat en uit het zicht verdwijnt. Wat nu? Trillend als een rietje pak ik mijn telefoon om George te bellen. Daar zie ik een appje van hem in de lokale appgroep. “Ik word gek volgens mij vloog er net een 2kj Ross’ Meeuw langs Kwade Hoek oost”. Ik houd zelf niet van piepjes en tingeltjes en heb daarom alle meldingen op mijn telefoon uitgezet. Dit soort berichten zie ik dus pas als ik mijn telefoon open, in dit geval tien minuten later. Twee jaar geleden zorgde dat al voor verwarring bij een Geelsnavelduiker (https://www.dutchbirding.nl/dbactueel/1774/geelsnavelduiker_te_stellendam). Nu had het ertoe geleid dat wij nietsvermoedend over de Kwade Hoek hadden staan kijken terwijl George in alle staten onderweg was naar de haven om te zien of hij de Ross’ Meeuw daar kon oppikken. De vogel was echter omgekeerd en terug de Kwade Hoek op gevlogen, waar wij hem op hadden gepikt.

Ross’ Meeuw, Kwade Hoek. Collage van videostills (George Tanis)

Schetsen van de Ross’ Meeuw (Ken Kraaijeveld)
Schetsen van de Ross’ Meeuw (Ken Kraaijeveld)

George kon nu dus ook rechtsomkeert. Ondertussen bel ik met Dirk van Straalen, die ook in Havenhoofd woont. Met mijn telefoon aan mijn linkeroor zoek ik met mijn rechteroog door mijn scoop naar de meeuw. Wie zegt dat mannen niet kunnen multitasken? Al pratend zwemt een eenzame man Amerikaanse Smient mijn beeld in. Roodbruine flanken en rug, grijze kop met groene oorveeg, witgele kruin. Kan niet missen.
“Dirk, ik moet ophangen.”
“Ik kom er nu aan.”
Ondertussen komt George de hut binnen lopen. Grijns van oor tot oor. High-fives all around. De eend is helaas achter het riet verdwenen. Met afgaand water komt deze gelukkig de slenk weer uit en begint rustig op het met algen begroeide slik te slobberen.

Amerikaanse Smient (Ken Kraaijeveld)

Esther geeft toe aan haar rommelende maag en vertrekt naar huis. Ik loop naar het uitzichtpunt om me bij de daar verzamelde vogelaars te voegen. Het scannen van de slikplaat levert leuke patchsoorten op als Kemphaan, Boomvalk en Smelleken. Tussen de bontjes loopt een Krombekstrandloper (155 op de lijst). Van de meeuw is helaas geen spoor. Van lieverlee vertrekken de vogelaars om kinderen naar bed te brengen of een pot bier open te trekken. Als alleen Robbin van Dijk en ik zijn overgebleven, staat er opeens plompverloren een Reuzenstern tussen de Kokmeeuwen. In de nazomer hier vaste prik, maar in het voorjaar een leuke soort (soort 156). Esther is een groot liefhebber van Reuzensterns, dus bij het horen van dit nieuws laat zij de soep voor wat het is en springt op de fiets om ook deze mee te pikken. Het is een fraaie afsluiting van een slopende avond. Uiteindelijk drijven een gestage regen en een aanzwellende zwerm muggen ons dan toch naar huis.

Reuzenstern (Ken Kraaijeveld)

#Patchgold

In aanvulling op de zeldzame soorten werd er ook weer veel patchgold gedolven. Soms ging het om heuse nieuwe patchsoorten, zoals Luuk Punt die wederom goede zaken deed en Wilde Zwaan en Geelpootmeeuw op zijn eeuwige patchlijst kon bijschrijven. Een aantal binnenlandse patches kon zich in de laatste week van april verheugen op noordwestenwind die Noordse Sterns en steltlopers als Rosse Grutto en Zilverplevier naar beneden deed dwarrelen. Bij Wageningen haalden Marc Heetkamp en Reinoud Vermoolen uit met de eerste Patrijs in vele, vele jaren en Eddy Nieuwstraten had deze soort op zijn patch in Weurt. De mannen van de Crezéepolder hadden er ook eentje en Joop van Ardenne fotografeerde er twee in de Hessenpoort bij Zwolle waar ze al 10 jaar weg leken.

Glenn van den Akker had een goede maand op de Peelrand, met naast Hop ook Grauwe Gors en Velduil. Well done Glenn! En wat te denken van een Snor in Limburg? Bjorn Allards vond er een in Maaspark Ooijen-Wanssum, waar hij ook met Krooneend patchgold scoorde. Ook heel verrassend was de fraaie groep van 7 (!) Grote Zee-eenden op de Haarrijnse Plas bij Vleuten. Dikke punten voor de patchers daar. Op 6 april deden Tohar Tal en Pim Rijk zeer goede zaken op hun patch bij het Landje van Geijssel ten ZO van Amsterdam. Ze zagen 12 soorten roofvogels, waaronder Visarend, Rode en Zwarte Wouw en Smelleken (alsof ze op Breskens staan...!). Op 29 april deed Tohar het nog even dunnetjes over met 4 Zwarte Wouwen, 4 Zeearenden. Op 29 April waren het zelfs twee Steppekieken (alsof het daar Batumi is!)

Sander Lilipaly besloot op 16 april even over zee te kijken op Westkapelle, wat ruim 1.000 Noordse en 450 Dwergsterns en het 5de voorjaarsgeval van Vaal Stormvogeltje voor Westkapelle ooit opleverde.

Andere patchers moesten het doen met dikke fenorecords, maar daar is het voorjaar ook voor!

Noordse Stern, Polder Hardenhoek, Biesbosch (Martijn Renders)

Steppekiekendief, Landje van Geijssel (Tohar Tal)

Gemiste kansen

Het zal je maar gebeuren, elke dag naar de Hoogkampseplas, jaar in jaar uit. En plichtsgetrouw elke Aythia ondersteboven keren. En dan zit je rustig op een leeg Schiermonnikoog en wordt de eerste Kleine Topper voor de provincie Utrecht op jouw patch gevonden. “Het zou verboden moeten worden”, moet Hein Prinsen hebben gedacht, maar op tijd de boot gehaald en voor donker deze vette toevoeging voor zijn patch netjes veilig kunnen stellen. Proficiat Hein!

Kleine Topper, Hoogkampseplas, (Diederik Kok)

Court of Appeal besluiten

April was een rustige maand wat betreft aanvragen. In het Hunzedal, Drenthe werd een Rotgans gevonden op de patch van Patrick Snoeken. Het betreft de 3e waarneming ooit voor het Hunzedal. De jury heeft dan ook besloten het verzoek om deze soort 3 punten te mogen toekennen gehonoreerd. Ook op Haarzuilens, Utrecht was het raak. Daar doken in april ineens Grote Zee-eenden op. Het gaat hier om de 3e waarneming ooit voor Haarzuilens en deze groep bestaande uit 4 mannen en 3 vrouwen werd maar liefst 164x ingevoerd in Waarneming.nl. Ook deze waarneming hebben we 3 punten toegekend (i.p.v. de 2 die normaal voor deze soort staan).

Grote Zee-eenden, Haarrijnse Plas (Mark Dijkstra)

DPWC Ranking (stand 7 mei)

Provincie Patch Waarnemer Aantal soorten Aantal punten
Zuid-Holland Westduinpark eo Den Haag Gerjon Gelling 183 304
Havenhoofd, Goeree Ken Kraaijeveld 167 269
Noordduinen, Noordwijk Ezra Mandemaker 180 265
Aalkeetbuitenpld e.o., Vlaardingen Sander van Vliet 159 225
Zuidplaatje en Tongplaat, Biesbosch Arjan Loeve 128 184
Noord-Holland Noord-Holland duinreservaat, Castricum Hans Groot 174 272
IJmuiden aan Zee Dick Groenendijk 165 255
‘t Horntje, Texel Vincent Stork 153 233
Geulduinen-Grote Vlak, Texel Koen Stork 154 229
Oudekerkerplas, Ouderkerk a/d Amstel Pim Rijk 141 191
Zeeland Westkapelle Sander Lilipaly 173 280
Land of hope and dreams, Vlissingen Rob Sponselee 139 193
Inkelse Bos, Kruiningen Jeroen van Kruiningen 88 103
Terneuzen Jaco Walhout 68 77
Gelderland Blauwe Kamer, Rhenen Niels Gilissen 145 201
Wageningse Bovenpolder Reinoud Vermoolen 140 185
Arkemheense zeedijk Robin Drenth 133 180
Grindgat Weurt - Beuningen Eddy Nieuwstraten 126 166
Zuidoost Hattem Tim van der Torre 115 147
Utrecht De Horde, Lopik Arjan Boele 156 226
Hoogekampse Plas + Beukenburg, De Bilt Hein Prinsen 137 177
Elster Buitenwaard, Elst Gydo Koster 120 153
Haarzuilens e.o., Vleuten Guido Spek 108 139
Woerden Noord en Oost Robert van der Meer ? 110
Overijssel Zalk en uiterwaarden, Kampen Johan Roeland 149 222
Stadshagen, Zwolle Pieter Doornbos 125 159
De Maat e.o., Nieuwleusen Bart Kisteman 122 157
Hasselt dorp e.o. Jaap Oosterhuis 117 149
Schellerwaard, Zwolle David Uit de Weerd 111 144
Drenthe Tusschenwater/Laarwoud, Zuidlaren Patrick Snoeken 141 194
De Onlanden, Eelderwolde Folkert Jan Hoogstra 128 191
Landgoederen Eelde, Paterswolde Erik Helder 123 155
Zandgat de Boer e.o., Emmen Danny Katerbarg 68 80
Asserbos, Assen Gerbrand van der Weg 40 43
Friesland Potmarge e.o., Leeuwarden Jeroen Breidenbach 134 202
Beetsterzwaag Willem Bosma 148 195
Grote Wielen, Tytsjerk Vincent Douwes 134 179
Schiermonnikoog West Jesse Sinnema 108 151
Hempensemeerpolder, Leeuwarden Jaap Westra 101 128
Flevoland Roggebotzand, Vossemeersedijk Jeroen Postema 130 160
Noord-Brabant HardenHoek, Biesbosch Martijn Renders 131 174
Kampdijk, Vught Ruud van Dongen 112 133
Koornwaard + Kanaalpark, Den Bosch Rens Keijsers 106 129
Hank e.o. Biesbosch Martijn Renders 101 126
Peelrand, Uden Glenn van den Akker 96 119
Limburg Ooijen, Broekhuizenvorst Bjorn Alards 116 ??
Groote Peel Frank Meeuwissen 108 ??
Groningen Groot Kamp/Ellersinghuizerveld, Vlagtwedde Rik Wever 93 119
Helperdiepje, Groningen-stad Siska Westra 67 74

DPWC Verhalen uit het veld

We krijgen geregeld mooie verhalen uit het veld toegestuurd naar pwc@dutchbirding.nl. Die hoeven echt niet doorspekt te zijn met de meest vette en bijzondere waarnemingen, maar de verwondering wat er allemaal mogelijk is op 3 km2 kan er wel uit spreken. Zo ook Henk Hendriks die zijn local patch De Rul heeft bij Eindhoven. Hij heeft in de eerste 4 maanden van het jaar al zijn target van 120 soorten ruim gehaald. Hier zijn verhaal:

Het doel van 120 soort al ver voorbij

Henk Hendriks
Ik vind dat ik een hele leuke patch heb, slechts 10 minuten lopen of 5 minuten fietsen van mijn woning. Door het gebied stroomt de Kleine Dommel en aan weerszijden van het beekdal bevinden zich leuke moerassige stukken. Aan de oostkant bevinden zich enkele weilanden met hagen en bosschages en aan de andere kant een stukje hei met een ondiep ven. Verder verspreid wat stukken loofbos, gemengd bos en naaldhout.
Toen ik mijn doelsoorten vaststelde voor de patch heb ik in eerste instantie gekeken naar mijn eigen waarnemingen de afgelopen jaren en naar waarnemingen die op waarneming.nl waren geplaatst. Daaruit concludeerde ik dat een aantal van 100 soorten praktisch gegarandeerd was en daar heb ik toen 20 soorten bovenop gedaan als uitdaging om fanatiek te gaan vogelen in mijn patch. Ik moet zeggen dat ik wel enigszins verrast ben dat ik al voor 1 mei dik over de 120 soorten ben gegaan.
Vandaag, 30 april waren 4 voorbijvliegende Knobbelzwanen soort nummer 127!
Ik had het geluk dat Staatsbosbeheer net een stukje natte hei hadden afgegraven waardoor ik een paar steltlopersoorten meer zag dan ik had verwacht. Vanwege de hoge waterstand stond het water in het ven in mijn patch extreem hoog en daardoor had ik zowaar ineens een aantal keren duikeenden zoals Kuifeend en Tafeleend, een paartje Futen en zelfs een maal een paartje Geoorde Futen. Die laatste soort is nieuw in mijn patch.

Erg blij was ik met de ontdekking van een zingende Cetti's Zanger in het beekdal, wat tevens een nieuwe locatie is voor deze soort. Een roepende Patrijs in een hoekje van een wat verwilderd weiland was ook leuk omdat het slecht gaat met deze soort. Een overvliegende Zeearend, Rode en Zwarte Wouw en twee maal een Middelste Bonte Specht zijn ook vermeldenswaardig.
De sleutel om veel soorten te zien blijft toch wel het feit dat je de patch vaak bezoekt en dat is natuurlijk ook de bedoeling van deze opzet. Ik heb een heel aantal soorten slechts eenmaal gezien en die had ik dus gemakkelijke kunnen missen als ik minder vaak geweest was. En dat je soorten mag tellen die je vanuit je patch erbuiten ziet helpt natuurlijk ook. Dat gold tot nu toe voor 3 soorten bij mij. Maar DB-ers blijven natuurlijk soortenjagers en enige competitie is ons zeker niet vreemd. Je wilt je prestaties natuurlijk toch graag vergelijken met die van andere vogelaars.
Ik kan mijn patch natuurlijk nooit echt vergelijken met de A+++ patches in Noord- en Zuid-Holland. Ik las zelfs dat er een patch is met een trektelpost voor landvogels en een voor zeevogels. Voorlopig heb ik er zeker nog plezier in om zoveel mogelijk soorten te vinden. Met nog 8 maanden voor de boeg zal het me benieuwen wat de eindstand wordt in mijn local patch De Rul. Toch leuk om soorten te lokaliseren die elders redelijk algemeen zijn maar juist (zeer) zeldzaam in jouw gebied. Het zelf ontdekken van soorten binnen het soortenjagen blijft toch het leukste en het meest uitdagende!

De Noordduinen Noordwijk, een Blog

Ezra Mandemaker
Nu verwacht je een stevig stuk tekst maar het blijft bij de volgende link: De Noordduinen Noordwijk
Neem er de tijd voor om het te lezen want het is wederom een mooie uiteenzetting van alle Dutch Patchwork Challenge activiteiten van Ezra.

Vincent Stork, Hein Prinsen, Vincent Hart, Martijn Renders, Maurice van Veen, Rob van Bemmelen & Ben Gaxiola

Discussie

Dick Groenendijk  ·  17 mei 2024  09:28

Leuk weer mannen! Als beheerder van het Noordhollands Duinreservaat zie ik met veel genoegen dat die patch hoog scoort (maar met veel ongenoegen dat de naam foutief geschreven is in de tabel!). En ook krab ik dagelijks achter mijn oren wat voor trucs er in hemelsnaam nodig zijn om Hans in te halen............. 

Maurice van Veen  ·  17 mei 2024  10:55

Hallo Dick, daar mag je Hans op aanspreken. De tabel is een dump uit het gedeelde document dat iedereen zelf invult. Maar we gaan het voor je aanpassen. 

Hans Groot  ·  21 mei 2024  23:04

Sorry, Dick! En bedankt voor het aanpassen van de naam :-)

Wietze Janse  ·  23 mei 2024  15:23

Ik heb het niet zo met die DPWC. Sinds die begonnen is is er in Nederland geen fatsoenlijke soort meer gevonden of te twitchen. België, gelukkig ontsnapt aan deze hype, gaat daarentegen wel lekker door. Men is tegenwoordig al blij om een Europese Kanarie en Bladkoning te 'scoren', terwijl de lat toch minimaal bij Citroenkanarie of Kroonboszanger moet liggen. Laten we weer in de verre omgeving gaan zoeken 😎


Jan Hein van Steenis  ·  24 mei 2024  13:14

@Henk: als je nu al over 120 staat is 140 een realistisch einddoel.

Dat is wat ik op mijn inmiddels bijna 13 jaar bezochte telpost annex local patch kan verwachten en ik sta nu op 124. Door een vakantie in april/mei mis ik wel een paar soorten dit jaar. Gisteren gelukkig toch nog een Bonte Vliegenvanger gevonden, hoewel een Lepelaar en twee Kraanvogels (niet eens jaarsoorten!) de show stalen.

Mijn droomsoort is overigens de op minder dan twee kilometer afstand broedende Fuut: blijkbaar is de plas in het gebied net te ondiep...

Vincent Stork  ·  24 mei 2024  14:30

Maar Wietze, dat gaat helemaal goedkomen. Vier maanden oefenen, dus nog acht maanden om jou naar al die 400 patches te lokken met dikke soorten. Je gaat het nog druk krijgen!

Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.

Feedback?