Toy Janssen (ICT) en Garry Bakker (correctie en Nederlands) hebben het weer aardig druk gehad met mijn geklungel. Als altijd worden ze bedankt voor hun inspanningen.
DB Terugblik
Een terugblik op de waarnemingen van de afgelopen periode.
2025 |
Februari 2025 7 maart 2025 3 |
Januari 2025 2 februari 2025 10 |
December 2024 6 januari 2025 18 |
2024 |
November 2024 7 december 2024 13 |
Oktober 2024 6 november 2024 37 |
September 2024 8 oktober 2024 9 |
Augustus 2024 8 september 2024 12 |
Juli 2024 6 augustus 2024 14 |
Juni 2024 5 juli 2024 15 |
Mei 2024 10 juni 2024 7 |
April 2024 8 mei 2024 8 |
Maart 2024 7 april 2024 28 |
Februari 2024 11 maart 2024 9 |
Januari 2024 11 februari 2024 13 |
December 2023 6 januari 2024 13 |
2023 |
November 2023 4 december 2023 17 |
Oktober 2023 7 november 2023 13 |
September 2023 18 oktober 2023 8 |
Augustus 2023 4 september 2023 17 |
Juli 2023 2 augustus 2023 11 |
Juni 2023 3 juli 2023 16 |
Mei 2023 5 juni 2023 20 |
April 2023 9 mei 2023 11 |
Maart 2023 10 april 2023 9 |
Februari 2023 8 maart 2023 18 |
Januari 2023 7 februari 2023 7 |
December 2022 9 januari 2023 11 |
2022 |
November 2022 5 december 2022 12 |
Oktober 2022 5 november 2022 32 |
September 2022 9 oktober 2022 9 |
April 2023
9 mei 2023 · Wim Wiegant · 2837 × bekeken
April was aardig wat kouder en vooral veel natter dan wat we in recente tijden gewoon zijn. Ook de situatie ten zuiden van ons was niet erg gunstig en dat leverde enige vertraging op in het arriveren van veel zomergasten. De zichtbare trek op de bekende trektelpunten was niet zo heel spectaculair. Wie gaat daar ook zitten als het zo koud en nat is? Gelukkig was er wel wat te beleven in het land, maar niet voor iedereen: een Oostelijke Blonde Tapuit - of een ondetermineerbare, dat mogen anderen beslissen - en een overvliegende Balkankwikstaart aan de zuidelijke kust van de Waddenzee, een intrigerende Lammergier en nog enkele ontsnapte roofvogels, te weten een Rosse Ruigpootbuizerd en twee Stellers Zeearenden, maakten het leven voor de een leuk, en voor de ander tot een hel. Gelukkig was een Ross’ Meeuw op Texel voor velen te zien, en bleef de Pallas’ Boszanger in Leiden de hele maand trouw ter plekke. Laten we de rest ook maar eens gaan doornemen...!
Hoogtepunten
Oostelijke Blonde Tapuit
Een Oostelijke Blonde Tapuit bij Westhoek aan de Waddenkust in Friesland was pas de zevende voor Nederland. De vogel verbleef jammer genoeg maar één dag op de locatie. Het is niet eens zeker dat het wel een Oostelijke, en niet een Westelijke was, wat het publiek dan weer zuchtend achterlaat. Oostelijke Blonde Tapuit Oenanthe melanoleuca, Koehoal (Fr), 22 april (Maarten Hotting)
Lammergier
De trein tussen Almere en Lelystad die direct langs de Oostvaardersplassen rijdt, mag gerust de “dodenlijn” worden genoemd. Vele roofvogels kwamen er al om, waaronder de Monniksgier “Carmen“ die op 15 augustus 2005 werd doodgereden na een langdurig verblijf in de Oostvaardersplassen. Ook deze maand kwam een spectaculaire roofvogel, een jonge Lammergier met de naam “Mojo”, om door een botsing met deze trein. De vogel was deze en de voorgaande dag al aanwezig geweest op de Veluwe. Lammergier Gypaetus barbatus, Wekerom (Gld), 28 april (Co van der Wardt)
Ross' Meeuw
Opnieuw werd een Ross' Meeuw in het late voorjaar gezien, deze keer op Texel, en het was weer een onvolwassen vogel. De vogel was aanwezig op een akker, net als de Vorkstaartmeeuw vorige maand. De vogel bleek ook al eerder in Engeland te zijn gezien. Ross' Meeuw Rhodostethia rosea, De Koog, Texel (NH), 25 april (Thomas van der Es)
Overzicht
Eenden en ganzen
In april is het tijd om langzamerhand te gaan ophouden over rotganzen. Op enkele onwillige na, hadden de meeste Witbuik- en Zwarte Rotganzen de reis naar hun zomerverblijf al aanvaard. Toch werden nog in 24 uurhokken Witbuikrotganzen gezien, in totaal ongeveer 12 tot 15 exemplaren. Witbuikrotgans Branta hrota, Texel (NH), 29 april (Gertjan van der Kooij)
Siberische Taling Sibirionetta formosa, Zevenhoven (ZH), 1 april (Luuk Punt)
Bronskopeend Mareca falcata, Rotterdam (ZH), 21 april (Tseard Mulder)
Gierzwaluwen tot en met waders
Nog enige tijd verbleef de op 31 maart in een plantenbak in Amsterdam gevonden Alpengierzwaluw in een dierenopvang. Helaas overleed de vogel op 5 april. De enorme invasie van Alpengierzwaluwen in West-Europa leidde helaas niet tot verdere waarnemingen in april van andere vogels. Het enige Klein Waterhoen van de maand werd gefotografeerd in het riet aan het Nuldernauw bij Nijkerk (Gld). De laatste jaren lijkt het aantal gevallen iets te zijn gestegen ten opzichte van voor het jaar 2000, toen het er ongeveer één per jaar was. Nu zijn het er ongeveer vier tot vijf per jaar. In het oostelijk deel van het Veerse Meer (Zld) verbleef nog de hele maand een jonge IJsduiker. Aan de Brouwersdam werd er op 8 april ook nog een gezien, en op 25 april vloog er een over de buitenwatering in Katwijk aan Zee (ZH). De eerste Zwarte Ibis sinds februari was een exemplaar in Vriezenveen (Ovl) op 22 april. Op Texel groeide een groep aan van 3 op 24 april tot 10 op 27 april en later. Dit neemt niet weg dat de aantallen van deze soort laatste twee jaar relatief laag zijn. Zwarte Ibis Plegadis falcinellus, Texel (NH), 24 april (Gertjan van der Kooij)
Grote Grijze Snip Limnodromus scolopaceus, Sint Laurens (Zld), 28 april (Albert Molenaar)
Zeekoeten tot en met meeuwen
De Zwarte Zeekoet in de haven van Oudeschild op Texel (NH) verruilde zijn of haar wat saaiere winterkleed voor een spectaculair zomerkleed. Zwarte Zeekoet Cepphus grylle, Oudeschild, Texel (NH), 14 april (Wietze Janse)
Ross' Meeuw Rhodostethia rosea, De Koog, Texel (NH), 25 april (Martijn Schot)
Ross' Meeuw Rhodostethia rosea, De Koog, Texel (NH), 25 april (Thomas van der Es)
Roofvogels en bijna-zangvogels
Er werden in april alweer vier Grijze Wouwen gezien. Op 9 april een in de Groede (Zld), die vast dezelfde was als die de volgende dag in de Wanteskuup op Colijnsplaat (Zld), op 10 april nog een op Schiermonnikoog (Fr), op 24 april een in het Soerendonkse Goor (NB), en op 27 april een langs Breskens (Zld). Je zou denken dat het eerste broedgeval niet lang kan uitblijven, met de enorme toename van het aantal gevallen in Nederland. Na de eerste op in Flevoland op 31 mei 1971, en de tweede op 29 maart 1998 op Texel, werden er in 2012 voor het eerst twee gevallen in één jaar vastgesteld. In 2015 waren dat er al zes, in 2017 tien, en in 2021 18. Volgens deze statistiek kunnen we in 2025 voor het eerst meer dan 25 gevallen in één jaar verwachten. Grijze Wouw Elanus caeruleus, Schiermonnikoog (Fr), 10 april (Jesse Pieter Sinnema)
Lammergier Gypaetus barbatus, Wekerom (Gld), 28 april (Alex Bos)
Stellers Zeearend Haliaetus pelagicus, Deventer (Ovl), 22 april (Jos Dellink)
Rosse Ruigpootbuizerd Buteo regalis, Renvogelveld, Texel (NH), 14 april (Jeroen de Bruijn)
Zangvogels
Naar schatting tussen 10 en 15 Bonte Kraaien bevonden zich in april in ons land. Texel, Vlieland en Ameland hadden er ieder een, Walcheren ook een, enige vogels trokken nog noordwaarts langs de kust, bij Laag-Soeren zat er op 9 april nog een, en op 16 april een bij Wierden (Ovl). Een overvliegende Kortteenleeuwerik werd op 30 april opgepikt over Wahlwiller (L). Kennelijk was april te koud voor de Roodstuitzwaluw. Het aantal waarnemingen was opvallend laag. Op 22 april werd er een gezien op Schiermonnikoog (Fr) en nog een bij Zierikzee (Zld), op 23 april waarschijnlijk een op Vlieland, en op 24 april een bij Breda. Laten we hopen dat de soort nog aan een inhaalactie begint. De Pallas' Boszanger die al vanaf 10 of 11 februari in Leiden te zien was geweest, bleef de gehele maand nog aanwezig. Met het blad aan de bomen was de vogel wel steeds moeilijker te vinden. Pallas’ Boszanger Phylloscopus proregulus, Leiden (ZH), 18 april (Arnoud van den Berg)
Iberische Tjiftjaf Phylloscopus ibericus, Maasland (NB), 17 april (Peter Soer)
Oostelijke Blonde Tapuit Oenanthe melanoleuca, Koehoal (Fr), 22 april (Bertie van Eldik)
Dwerggors Emberiza pusilla, Vlieland (Fr), 22 april (Sebastiaan Koppelle)
Inmiddels elders
We vliegen weer eens kriskras door tijd en ruimte om verschillende interessante zeldzaamheden in de Westelijke Palearctis uit april op te pikken. Op 2 april was een mannetje Provençaalse Grasmus aanwezig op Helgoland in Duitsland. Een mannetje Siberische Taling werd op 3 april waargenomen bij Borgestad, in Noorwegen. De eerste Afrikaanse Dwergaalscholver voor Spanje werd al op 20 maart gefotografeerd op Gran Canaria, een van de Canarische Eilanden. De eerste zwervende Havikarend van het seizoen werd op 5 april gepeild bij Vejle, Denemarken. Klimaatgasten - of woeste voorjaarsdoorschieters - op IJsland betroffen de 18e Kwak voor dat land op 12 april, de 15e Zwarte Ibis op 23 april, de 14e Nachtegaal op 24 april, en de tweede Steltkluut op 25 april. De derde Bruine Boszanger voor Griekenland werd gefotografeerd op Rhodos, en de eerste Siberische Boompieper voor de Kaapverdische Eilanden werd op dezelfde dag vastgesteld. De Amerikaanse Roerdomp, een typische vroege voorjaarsgast, werd weer niet in Nederland vastgesteld, maar wel in Kerry in Ierland op 8 april. De Diederikkoekoek die al op 23 maart was ontdekt op Cyprus, werd daar op 10 april nog steeds gezien, maar wel 32 km van zijn oorspronkelijke vindplaats bij Paralimni. Grijze Wouwen werden heel wat gezien. Naast de vier gevallen in Nederland die boven al zijn genoemd, werden de 10e voor Polen op 16 april, en de 4e en 5e voor Armenië op 20 en 24 april gezien. Als hoogtepunt werd na lange jaren wachten op 18 april eindelijk de eerste Grijze Wouw voor het Verenigd Koninkrijk gevideood bij Powys in Wales. De tweede Amerikaanse Goudplevier werd gefotografeerd bij Machland in Oostenrijk. De derde Egyptische Nachtzwaluw werd bij het Milleyha wetland in Turkije gefotografeerd op 19 april. De eerste Kalanderleeuwerik voor Slowakije zat op 22 april bij Gajary. Op die dag werd bij Seaford Head in East Sussex in de UK een westelijke ondersoort (gambelii) van de Witkruingors gefotografeerd. Die hadden we natuurlijk ook wel in Nederland willen zien, hoewel we ook niet vies van de oostelijke ondersoort van de Witkruingors zouden zijn. Een Sierlijke Stern werd op 24 april gezien bij Lodmoor in Dorset in het Verenigd Koninkrijk, en op 26 april werd een Afrikaanse Woestijngrasmus gefotografeerd op Sicilië in Italië. Het zou al minstens de zesde voor Italië zijn. In termen van geloofwaardigheidsondersteuning kan het Nederlandse geval uit november-december 2014 wel enige hulp van een geval wat dichterbij gebruiken. De tweede Alaskastrandloper voor Noorwegen zat op 27 april bij Reve in Noorwegen. Een Witruggier die in november 2021 in Tarifa in Spanje van een zender was voorzien, werd op 28 april waargenomen in Evora, en was de derde voor Portugal. Grote Zee-eenden om Nederlandse vogelaars jaloers te maken waren er ook: op 29 april vloog een Aziatische Grote Zee-eend bij Landsort in Zweden en werd er een gezien bij Lower Largo in Fife in Schotland. Op 30 april, ten slotte, werden tenminste drie mannetjes Amerikaanse Grote Zee-eend gezien, ook bij Lower Largo in Fife in Schotland.De glazen bol
Het voorspellen van waarnemingen van zeldzame vogels is in de winter nog wel te doen, maar in mei is het natuurlijk gekkenwerk. We hebben nog zo veel in te halen na deze koude april! Een nieuwe Roodkeelstrandloper zou leuk zijn, of een Daurische Kauw! Ook een Spaanse Mus werd al eens in mei ontdekt. Ook een nieuwe Grijskopspecht zou de zaak eens lekker opschudden. En dan hebben we het nog niet gehad over de ultieme mei-soorten: de Bruinkeelortolaan en de Woestijnvink. Voor de nieuwe soorten voor Nederland in mei raden we u allen aan om zelf te gaan zoeken, en niet alle determinatiewerk door de kunstmatig intelligente vogelaar in uw telefoon te laten uitvoeren, maar lekker zelf in een geschikt boek te kijken. Daar zijn er echt voldoende van. We wensen iedereen weer veel zoekplezier...!We willen alle waarnemers en fotografen hartelijk bedanken voor hun bijdrages aan dit verslag.
We would like to thank all observers and photographers for their contributions to this report.
Discussie
Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.