In verband met de gecontroleerde verspreiding van het coronavirus zitten velen van ons noodgedwongen thuis. Ook zijn evenementen afgelast, zijn de kroegen dicht en is er geen voetbal meer op TV. Zelfs twitchen mag niet meer! Wat moet je dan nog doen? Gelukkig gaat de DB Terugblik altijd door. Dus ga er even lekker voor zitten, als je thuis werkt het liefst in de tijd van de baas, dan blikken we terug op weken 10 en 11:

Overzicht

Eenden en ganzen

Na een afwezigheid van enkele maanden werden deze periode plotseling weer twee Ringsnaveleenden gemeld. De vogel van Appingedam (GR) was tijdens deze winter alleen nog op 22 december gezien, maar hij keerde terug en werd waargenomen op 5 en 7 maart. Een Ringsnaveleend die zich tijdens de vorige winter in de Europoort in Rotterdam ophield werd op 14 maart jongstleden opnieuw gezien en zit er nu dus voor het tweede jaar op rij. Beide Amerikaanse Smienten werden ook gezien: de vogel van Harlingen werd gemeld van 6 tot 10 maart en de Zwolse vogel werd herontdekt op 15 maart. De Blauwvleugeltaling van Maastricht was de gehele periode aanwezig. Onze trouwe Kokardezaagbek verdween daarentegen van de radar. Ik vermoed dat hij in quarantaine is geplaatst. De bekende Ross’ Gans van Schiedam liet zich tijdens de eerste week van zijn meest fotogenieke kant zien, getuige onder andere onderstaande foto. Dat bleek echter van korte duur, want na 7 maart is hij als sneeuw voor de zon verdwenen.

Ringsnaveleend Aythya collaris, Appingedam, 5 maart 2020 (Maria Woortman)

Ross' Gans Anser rossii, Schiedam, 6 maart 2020 (Hans Overduin)

Andere watervogels (en trappen)

Net als vele anderen zit ook ik deze week thuis en de verveling slaat toe. Daarom heb ik van alle langverblijvers in ons land uitgezocht hoe lang ze er nou precies al zitten. De Flamingo van Texel zat er aan het eind van deze periode precies 165 dagen. Dat staat gelijk aan 23,57 weken, 5,43 maanden en 0,45 jaren. De Roze Pelikaan was al eerder in Nederland gezien, maar sinds hij stationair is in het Reestdal zijn er 106 dagen, 15,14 weken, 3,50 maanden of 0,29 jaren verstreken. De Grote Trap bij Brielle zit er nu 79 dagen. Een Zwarte Ibis in de Workumerwaard bij Workum (FR) zat er 1 dag, namelijk op 7 maart.

Roze Pelikaan Pelecanus onocrotalus, Reestdal, 5 maart 2020 (Robin van der Made)

Roofvogels

Op 14 maart werd de eerste melding van een Steppekiekendief voor dit voorjaar gemaakt bij Anderen (DR).

Steltlopers

Zaterdag 14 maart was een prima vogeldag met een zonnetje en wind uit het zuiden en dat leverde gelijk de eerste leuke voorjaarssoort op. In de zeereep op het strand van Bloemendaal werd namelijk een Griel opgestoten. En dat is lekker op tijd, want het is - samen met een vogel bij Venray (LI) op dezelfde dag in 2017 - het vroegste geval sinds de soort in de jaren ‘60 een dwaalgast is geworden. De naweeën van de winter waren echter ook nog merkbaar, want op 9 maart vloog er nog een Rosse Franjepoot langs Camperduin en op 15 maart foerageerde er een op het wad bij de veerdam van Holwerd (FR).

Meeuwen, sterns en zeevogels

De wintergasten lijken ons land langzaam te verlaten. Zo werden er de afgelopen twee weken geen Papegaaiduikers of Kleine Alken meer gemeld. IJsduikers werden juist weer iets meer gezien dan de vorige keer. Op 7 maart werd er een ontdekt in Arkemheen (GE), welke nog steeds aanwezig is en ook te zien is vanuit Flevoland. Het exemplaar op het Nieuwe Meer van Amsterdam dat op 8 februari voor het laatst werd waargenomen, werd op 15 maart herontdekt. In Gelderland waren twee IJsduikers aanwezig: de vogel bij Bemmel was nog ter plaatse en op 14 maart werd er ook een ontdekt bij Giesbeek. In de delta werden in totaal acht exemplaren gemeld, waarvan vier op het Haringvliet.

Vorkstaartmeeuw Xema sabini, Koehool, 7 maart 2020 (Jacob Molenaar)

De tweede kalenderjaar Vorkstaartmeeuw bij Koehool (FR) zit er nog steeds en werd uiteraard ook weer veel getwitcht. Er waren drie Grote Burgemeesters in ons land aanwezig: één in Vlissingen, één op het zuidpunt van Texel en één bij Ferwert (FR). Bij alle drie gaat het om een derde kalenderjaar vogel en alle drie bleven de gehele periode. En we hebben een winnaar als het gaat om lang verblijven: de Grote Burgemeester van Vlissingen zit er al 427 dagen! Dat is precies 61 weken, ruim 14 maanden en 1,17 jaar! Kleine Burgemeesters werden op 6 maart gezien op het strand bij Ouddorp en vliegend over Noordwijk, van 13 tot 15 maart op het Noordzeestrand van Texel en ook de gehele twee weken weer in Amsterdam. De mogelijke Kumliens Meeuw bij Julianadorp zat er ook nog steeds.

Grote Burgemeester Larus hyperboreus , Texel, 8 maart 2020 (Peter de Man)

Mogelijke Kumliens Meeuw Larus glaucoides kumlieni, Julianadorp, 15 maart 2020 (Ronald Messemaker)

Zangvogels en de rest

Ook hier heb ik mijn research gedaan: de Schildraaf bereikte deze periode alweer zijn 299ste dag sinds hij op 22 mei 2019 langs Den Oever vloog. De 133 dagen die de Kuifleeuwerik nu in Apeldoorn verblijft zijn daarmee vergeleken haast het noemen niet waard. De Meenatortel in Sneek werd op 11 maart voor het laatst gemeld en de beruchte Grote Pieper bij Camperduin was nog aanwezig tot 2 maart. Ik sluit af met een eervolle vermelding van een aantal Europese Kanaries. Op de Maasvlakte hangt namelijk al langer een groep van het ongebruikelijke aantal van zes exemplaren rond en in Oegstgeest een groepje van drie. Vooral de groep in Oegstgeest wordt veel getwitcht en laat zich volgens mij meestal goed bekijken.

Grote Pieper Anthus richardi, Camperduin, 02 maart 2020 (Rutger Rotscheid)

Schildraaf Corvus albus, Leeuwarden, 14 maart 2020 (Jos Welbedacht)

Europese Kanarie Serinus serinus, Oegstgeest, 15 maart 2020 (Gertjan van der Kooij)

Nieuws uit de WP

In Zuidwest-Engeland werden tijdens de afgelopen week maar liefst twee leuke soorten gevonden die ik in Nederland ook wel eens heb ontdekt. Alleen werd ik daarna wakker… Maar zij zagen op 9 maart écht een adulte Ross’ Meeuw (Ross’s Gull) in South Huish, Devon – ook nog na een kneepje in de bovenarm. En ze deden er nog een schepje bovenop toen op 14 maart een fraaie man Kleine Torenvalk (Lesser Kestrel) werd gevonden op de Scilly-eilanden. Er zijn van deze laatste soort 20 aanvaarde gevallen in Groot-Brittannië en pas 11 sinds 1950. Er werden in Europa al twee Steppekieviten (Sociable Lapwing) gevonden: op 9 maart eentje bij Tauste in Spanje en op 15 maart een bij Memmingen in Zuid-Duitsland. In Oostenrijk werd op 15 maart een Reuzenzwartkopmeeuw (Pallas’s Gull) gezien bij Hohenau an der March. In Marokko zou op 13 maart een Goudgele Nachtzwaluw (Golden Nightjar) zijn gefotografeerd in Errachidia, wat een nieuwe plek voor de soort zou zijn. We hebben de foto’s helaas niet kunnen achterhalen.

Ross' Meeuw Rhodostethia rosea, South Huish, Devon (Engeland), 9 maart 2020 (Michael Passman)

De glazen bol

Over twee weken is het eindelijk april en vanaf dat moment is alles weer mogelijk, maar in de tussentijd is het nog een klein beetje aanpoten. Echter, de temperaturen worden al merkbaar aangenamer en vogels zijn volop aan het zingen en dan begint het toch een beetje te kriebelen. Mijn advies – voor wat dat waard is – zou zijn om de verleiding te weerstaan en nog niet te veel naar voorjaarssoorten te gaan zoeken. In plaats daarvan zou ik de komende twee weken gebruiken om eenden of meeuwen af te scannen. Dat biedt denk ik de grootste kans op het vinden van een leuke soort. Deze maand is bijvoorbeeld een goede tijd voor Amerikaanse Wintertaling en Amerikaanse Smient. Als je dat allemaal niet ziet zitten en je wilt toch bosjes gaan kloppen, houd dan je ogen open voor Zwartkeellijster. De WP is deze winter overspoeld met waarnemingen van deze soort en in Engeland zitten er bijvoorbeeld ook nog twee. Ik geloof dat er ook in ons land nog steeds ergens eentje zit te wachten om ontdekt te worden!

Amerikaanse Wintertaling Anas carolinensis, Texel, 24 maart 2014 (Eric Menkveld)

Zwartkeellijster Turdus atrogularis, Terschelling, 13 april 1998 (Eric Koops)

We willen alle waarnemers en fotografen hartelijk bedanken voor hun bijdrages aan dit verslag.
We would like to thank all observers and photographers for their contributions to this report.

Lonnie Bregman