Peter's birding year

Even een korte introductie. Werk als onderzoeksassistent bij het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) bij de werkgroep Plant-Dier Interacties. De mooiste baan die er op de wereld te vinden is; ongebonden fundamenteel onderzoek, veel veldwerk en een inspirerende omgeving en collega's. Vogels kijken doe ik sinds mijn 15e, steeds fanatieker en fanatieker. Naast vogelen is twitchen ook erg belangrijk. Ik probeer zoveel mogelijk vogelsoorten in Nederland te zien. De stand is nu 419. Doe ik nog iets anders nuttigs naast het kijken naar vogels? Dit jaar misschien niet maar ik lees erg graag (o.a. Gerard Reve), ben al jarenlang een groot en trouw fan van de NRC, al die uren in mijn auto luister ik naar Arrow Jazz FM (aanrader!) en ben dol op films van de regisseur Peter Greenaway.

Een doordeweekse dinsdag

11 september 2007  ·  3691 × bekeken

Als ik in de loop van zondag Windguru en Netfugl check, is het plan snel gemaakt. Maandag komt het niet goed uit qua werk, maar dinsdag kan ik de hele dag naar Ameland! De wind blijft uit het noorden waaien en als je kijkt naar de aantallen zeevogels die in Denemarken en Duitsland gezien zijn, kan het niet anders dan heel erg goed worden. Daar komt nog bij dat langs de Engelse oostkust en in Schotland behoorlijke aantallen Grote Pijlen zijn gezien. Het komt dan ook niet als een volslagen verrassing als Pim op maandag een Grote Pijl bij Westkapelle ontdekt, voor mijn gevoel zat zoiets er al een beetje aan te komen.

Dinsdagmorgen loopt om half vijf de wekker af en en om half acht stap ik op de boot naar Ameland. Het waait stevig en de wolkenpartijen boven het wad zijn van een adembenemende schoonheid. Tijdens de overtocht zie ik een fraaie Kleinste Jager kort achter de boot en ook een Kleine Jager. Het is bijna kwart voor negen als ik eindelijk voor de eerste keer door mijn telescoop de zee kan bekijken. Wat ik zie overtreft mijn stoutste verwachtingen: direct zie ik al twee Grauwe Pijlen en meerdere jagers en Noordse Stormvogels door mijn beeld vliegen. Op de horizon zie ik regelmatig keilende vogels. Ik probeer alles te bekijken en ondertussen ook nog te tellen en bij te houden, maar het is eigenlijk geen doen. Ik zit alleen en er vliegt gewoon veel te veel! Puur uit praktische overwegingen besluit ik de verder weg vliegende vogels te laten voor wat ze zijn en me te concentreren op de dichterbij vliegende vogels. Het is turven geblazen en de eerste drie uurtjes zet ik heel wat streepjes.

Tijdens al dit genieten en tellen moet ik ook nog diverse keren belangstellenden te woord staan. Het is niet echt leuk als je geconcentreerd over zee wil kijken en dan ook nog eens noodgedwongen moet uitleggen waarom je over zee zit te kijken. Ik wil mijn oog niet van het oculair afhalen, maar tegelijkertijd ook niet heel erg onbeleefd lijken. Gesprekjes lopen dan ook vaak redelijk ongestructureerd en hebben voor de belangstellenden waarschijnlijk een onbevredigde afloop. Zo ook voor een vriendelijke jongeman:

Jongeman: 'kijk je naar schepen?'

Ik: 'nee, vogels'

Jongeman: 'boven deze woelige zee?'

Ik: 'ja'

Het is even stil en ik scoop ondertussen verder

Jongeman: 'wat voor vogels?'

Ik: 'zeevogels'

Jongeman: 'ohh...'

Het blijft stil en de jongeman staat een minuut of wat doodstil naast me.

Dan zegt de jongeman: 'veel succes'

Ik: 'dank je wel'

Hierna loopt de jongeman weg.

Er vliegen veel Noord Stormvogels en Kleine Jagers maar ik heb ook al snel een Vaal Stormvogeltje, Kleinste en Grote Jagers te pakken. Net na 10 uur vliegt er dan een nieuwe jaarsoort mijn beeld binnen: een juveniele Middelste Jager (# 313) vliegt fraai door de branding. De zon is ondertussen gaan schijnen en de zee ziet er mooi en spannend uit. Na twaalf uur begint het langzamer wat stiller te worden, Jan van Genten zie ik niet meer en de stroom jagers droogt wat op. Alleen de Noordse Stormvogels vliegen nog steeds door.

On half vier komt dan de meest bijzondere en frustrerende waarneming van de dag. Aan de horizon zie ik ineens een keilende vogel. Mijn eerste gedachte is Jan van Gent maar de vogel vliegt en 'voelt' anders en oogt wat slanker. De vogel is echter duidelijk groter dan een Grauwe Pijl. 'Dit moet een grotere pijl zijn', flitst het door mijn hoofd. De vogel maakt grote, hoge bogen en de manier van vliegen lijkt een beetje op de Kuhls Pijl die ik vorig jaar op precies dezelfde plek zag. In tegenstelling tot die waarneming kan ik nu weinig aan de vogel zien, het enige wat ik kan zien is dat zijn buik licht lijkt. Verder valt me op dat de vogel niet zwart-wit oogt, maar meer een onbestemde, lichtere kleur. De vleugels lijken gehoekt en niet recht te worden gehouden. Ik kan de vogel een tijdje volgen en dan verdwijnt hij uit beeld. Ik blijf zitten met een onbevredigend gevoel. Dit had best wel eens een Kuhls kunnen zijn...

Om half vijf pak ik de boot terug naar de vaste wal. Terwijl ik van een Vorkstaartmeeuw achter de boot sta te genieten tel ik alle turfjes bij elkaar op. Uiteindelijk blijkt dat ik 162 Noordse Stormvogels, 40 Kleine Jagers, 2 Middelste Jagers, 4 Kleinste Jagers, 3 Grote Jagers, 9 Grauwe Pijlen, 3 Vaaltjes, 4 Drieteenmeeuwen, 1 Vorkstaartmeeuw en dus die grotere pijl spec. heb gezien. Niet slecht voor een doordeweekse dinsdag!

Feedback?