Als sierlijke stern weer in herroulatie gaat, mag de soort dan ook weer progressief opengezet worden op de DBranking aub?
DB Actueel Online
Op gezette tijden wil de website aandacht besteden aan actuele ornithologische fenomenen. De Nederlandse vogelaars worden (gelukkig maar) nog regelmatig verrast. Door een influx van een bepaalde soort of bepaalde soorten, door een uiterst zeldzame soort waarvan de meeste vogelaars nog niet eens de juiste Nederlandse naam weten, door onverwachte determinatieproblemen en dergelijke. De kracht van dit medium is dat er direct en interactief ingegaan kan worden op deze spannende gebeurtenissen in het veld. Wat is er precies aan de hand? Wat is hier al van bekend? Is er al eerder over geschreven in Dutch Birding? Hoe denkt men in het veld hierover?
Besluiten CDNA vergadering 12 maart 2017
29 maart 2017 · CDNA, Eddy Nieuwstraten · 5026 × bekeken
Tijdens de uitgestelde wintervergadering van het CDNA is een flink aantal dossiers besproken en zijn diverse beslissingen genomen. Hieronder geeft de CDNA een toelichting op deze besluiten.
Hybridenproblematiek
Met betrekking tot een drietal soorten is er door individuele CDNA-ers een beleidslijn voorbereid over hoe om te gaan met de beoordeling van hybriden: het betreft hier Bastaardarend – Schreeuwarend, Witkopgors – Geelgors en Oosterse Zwarte Roodstaart – hybride Zwarte x Gekraagde Roodstaart. Er is inhoudelijk gediscussieerd over deze dossiers en besloten is per soort de voorgestelde lijn verder uit te werken en te toetsen of deze werkbaar is bij de beoordeling van gevallen in roulatie. Daarnaast is besloten om de beschreven aanpak samen te vatten in een nieuwe lijn voor de beoordeling van hybriden die in het handboek CDNA kan worden opgenomen. Voor een aantal ingediende gevallen betekent dit dat de besluitvorming over deze gevallen tijdelijk wordt uitgesteld (bijvoorbeeld: mogelijke Oosterse Zwarte Roodstaarten waarvan de primary spacing niet fotografisch is vastgelegd). Besluitvorming over deze gevallen zal waarschijnlijk niet voor de zomer plaatsvinden. Dezelfde planning geldt voor het definitief vaststellen van de beleidslijn en communicatie daarover.
Status van Lammergier in Nederland
Na uitvoerige discussie op basis van de aangeleverde informatie, literatuur en aanvullende gegevens die zijn verzameld heeft de CDNA een standpunt ingenomen over de status van Lammergier. Met betrekking tot dit uiterst complexe dossier heeft de commissie de volgende standpunten ingenomen:
- De CDNA stelt zich op het standpunt dat het aannemelijk is dat de vogel uit Salland en soortgelijke recente waarnemingen in Nederland afkomstig zijn van herintroductieprojecten.
- De CDNA is van mening dat er op dit moment onvoldoende onderbouwing is voor de theorie dat het recente voorkomen van Lammergieren in NW-Europa beschouwd mag worden als natuurlijk gedrag van de soort.
- De CDNA is daarom van mening dat de waargenomen Lammergieren in Nederland vooralsnog niet als wild beschouwd kunnen worden.
Een meer uitvoerige toelichting op dit besluit is hier te vinden.
Huidige herintroductie regel in CDNA-handboek
Het is al door diverse commissies geconstateerd: de huidige richtlijn voor herintroducties zoals beschreven in het handboek CDNA bevat te weinig criteria om tot evenwichtige besluitvorming te kunnen komen. Besloten is daarom om te onderzoeken of aanvullende criteria mogelijk en toepasbaar zijn. Een eventueel nieuwe beleidslijn zal ook antwoord moeten geven op de vraag of en wanneer in het wild uitgevlogen Lammergieren die voortkomen uit een herintroductieproject aanvaardbaar zijn als wilde vogels.
Herbeoordeling Sierlijke Stern
Op basis van het genetische onderzoek naar Sierlijke Sterns (en hybriden) in Europa heeft de CDNA besloten om Nederlandse gevallen die mogelijk betrekking hebben op deze soort in herroulatie te brengen; het betreft hier waarnemingen van oranjesnavelige sterns te Wassenaar, Petten (beide 2002) en Texel (2006).
Afvoeren te beoordelen taxa
IJslandse Koperwiek
Met de waarneming van een IJslandse Koperwiek Turdus iliacus coburni op Vlieland in oktober 2014, geaccepteerd als eerste voor Nederland, ontstond ook de vraag hoe zeldzaam dit taxon in Nederland is, en of dit taxon thuishoort op de lijst van door de CDNA te beoordelen taxa. Met ingang van 2015 is ervoor gekozen het beoordelen van dit taxon ‘on hold’ te zetten, om eerst een beter beeld van het voorkomen te krijgen.
De CDNA heeft een verkenning uitgevoerd op goed gefotografeerde waarnemingen gedurende de afgelopen twee jaar (2015 en 2016). De determinatie problematiek van dit taxon, versterkt door de variatie bij zowel coburni als nominaat, leidt er toe dat slechts alleen duidelijke exemplaren op basis van het totale palet aan veldkenmerken met zekerheid herkend kunnen worden. Op basis van de genoemde verkenning is het beeld dat voor beide jaren minimaal vijf, maar waarschijnlijk meer, waarnemingen van coburni voor acceptatie in aanmerking zouden komen. De CDNA leidt hieruit af dat dit taxon een schaars voorkomen heeft in Nederland en niet zeldzaam genoeg is om beoordeeld te worden. Besloten is om dit taxon met terugwerkende kracht af te voeren van de lijst met beoordeeltaxa.
De 2014 waarneming en waarnemingen sindsdien hebben duidelijk bijgedragen aan betere inzichten in het voorkomen van dit taxon in Nederland. Over 2015 en 2016 valt op dat coburni pas laat in het najaar in Nederland aankomt, gedurende eind oktober en november, mogelijk beïnvloed door stevige NW-winden. Het is niet ondenkbaar dat er sprake is van een influx-achtig karakter, maar dat is op basis van beide onderzochte jaren niet te bepalen. De komende jaren zal blijken welke patronen in voorkomen zich aftekenen.
Afscheid van Roy Slaterus
Afscheid werd genomen van Roy Slaterus. Ook al waren beide partijen graag met elkaar doorgegaan, statutair kwam er na acht jaar een einde aan de samenwerking. Roy diende vaak als geheugen van de CDNA en wist feilloos beslissingen uit het verleden toe te lichten. Zijn beoordelingen waren doordacht en zijn kennis van geluiden was regelmatig van doorslaggevend belang. Dank Roy! Gelukkig hebben we in Thijs Fijen een bekwaam nieuw lid gevonden, dus zijn opvolging is in goede handen.
Procesvoering CDNA
- Jeroen van Vianen was op de vergadering 12 maart 2017 aanwezig om te inventariseren welke wensen er liggen om het digitale roulatie- en beoordelingssysteem (dat momenteel al zeer goed werkt) nog verder te verbeteren. Een aantal technische wensen zijn inmiddels ook al doorgevoerd.
- Marcel Haas heeft aangegeven te stoppen als archivaris. De archivaris is een belangrijke rol voor het zo soepel mogelijk laten circuleren van (zo compleet mogelijke) dossiers. Er is een voorkeur uitgesproken voor invulling van deze functie als duo-baan. Geïnteresseerden worden verzocht te reageren; tevens kunnen commissieleden kandidaten aandragen om te benaderen. De commissie is Marcel en August zeer erkentelijk voor hun inspanningen, die zij tot de nieuwe bemensing zullen blijven vervullen.
- Tevens is besloten om het bestaande indienformulier voor beoordeelsoorten te verbeteren en om twee nieuwe formulieren te ontwikkelen: een formulier voor ringvangsten en een formulier voor datumuitbreidingen van reeds aanvaarde gevallen.
- Met het afzwaaien van Roy Slaterus en Marcel verdwijnen de twee belangrijkste trekkers van het CDNA-jaarverslag. Dit wordt als onwenselijk beschouwd en daarom worden Marcel en Roy bij het jaarverslag van 2016 betrokken, zodat een goede overdracht van werkzaamheden kan plaatsvinden.
Tot slot
Daarnaast zijn er nog enkele andere thema’s kort besproken. Zo is de werksnelheid een terugkerend thema. De snelheid van rouleren is weliswaar al verbeterd maar is als speerpunt voor 2017 benoemd. Wel blijft zorgvuldigheid voorop staan en zullen hoofdpijndossiers er nooit “doorheen gejast” worden. Verder kwamen zaken als de relatie met de NOU en DBA en communicatie vanuit de CDNA naar buiten toe aan de orde.
Namens de CDNA, Eddy Nieuwstraten
Discussie
Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.