Erg merkwaardige indeling van de Braamsluipers:
Soort 1, Curruca minula met als ondersoorten minula en margelanica
Soort 2, Curruca curruca met als ondersoorten curruca, blythi en halimodendri
Soort 3, Curruca althaea
Er is geen enkele nieuwe (autosomale) genetische informatie vrijgegeven (voor zover ik kan achterhalen), dus moet deze opsplitsing de genetische informatie die we wel hebben, naast zich neer hebben gelegd want een grotere mtDNA afstand dan tussen minula en margelanica (nu dus twee ondersoorten van dezelfde soort) is niet te vinden binnen deze groep.
Ik kan de achterliggende redenatie niet terugvinden. Wellicht kan George S hier een tipje van de sluier oplichten?